Toets Aardrijkskunde

De Geo LRN-line Systeem Aarde (CE 2025 e.v.) - Hoofdstuk 3-4 - Klimaat en landschapzones & Natuurgeweld in de Verenigde Staten oefentoetsen & antwoorden

6e editie

Onderwerpen: landschapszones, geofactoren, verzilting, verwoestijning, klimaatfactoren, klimaatgebieden, hurricanes, natuurrampen, irrigatie, klimaatverandering, aardbevingen, geografische dimensies, albedo, zeestromen, energiebalans, broeikaseffect, bodem.

De Geo LRN-line Systeem Aarde (CE 2025 e.v.)
Toets Aardrijkskunde
De Geo LRN-line Systeem Aarde (CE 2025 e.v.)
Online maken
Toets afdrukken
Kies uit onderstaande lijst drie landschapszones. Doe er niet meer dan drie, want die worden bij de beoordeling van je toets niet betrokken. Tropisch: te nat (veel uitspoeling / lage chemische vruchtbaarheid).Aride: te droog (geen humusvorming).Subtropisch: neerslag te onregelmatig / (te) kort groeiseizoen.Boreaal: te kort groeiseizoen / permafrost / te koud in een groot gedeelte van het jaar.Polair: te koud, zeer lage fysische vruchtbaarheid.Toelichting:Dit is een vraag waarbij je je begripskennis moet toepassen. Werk gestructureerd en zet drie zelfgekozen landschapszones onder elkaar. Let op dat je hier niet per ongeluk klimaatzones benoemt. Die zijn fout, want in de vraag staat duidelijk vermeld dat hier landschapszones worden gevraagd. De gematigde landschapszone staat er niet bij, want deze heeft geen beperking! De twee juiste kenmerken van het klimaat zijn: Het klimaat is koud/een groot deel van het jaar onder 0 graden Celsius. Het klimaat is relatief nat (zeker in de zomermaanden).Door het relatief koude en natte klimaat (oorzaak) zullen er maar weinig voedingsstoffen ontstaan. Wanneer er bijvoorbeeld landbouw wordt bedreven binnen dit klimaat zal de bodem relatief snel uitputten en door de grote hoeveelheden neerslag is de bodem gevoelig voor erosie. (gevolg).Toelichting:In het werkboek kom je dergelijke vragen tegen als vraag a en b. Op het examen komt dit niet voor en gebruiken de examenmakers vaak aparte streepjes. Het is dus een vraag, met aparte deelantwoorden. Het antwoord moet een geheel zijn, maar mag wel bestaan uit twee losse delen. Geef deze losse delen duidelijk aan. Zo kun je gemakkelijk per deelantwoord controleren of het een volledig antwoord op de vraag is.Begin met het noemen van de twee gevraagde kenmerken. Vervolgens gebruik je deze twee kenmerken als oorzaken voor de gevolgen voor de bodem.  Door verzilting kan er geen vegetatie (geofactor: plant) meer groeien, waardoor de bodem (geofactor: bodem) makkelijk verstuift en een woestijnachtig landschap ontstaat.Toelichting:Eerst bepaal je welke geofactoren je nodig hebt voor je antwoord: dit zijn de geofactoren plant en bodem.Vervolgens is het een vrij eenvoudige oorzaak-gevolgrelatie waarbij je het begrip verzilting (oorzaak) aan het begrip verwoestijning (gevolg) koppelt. Je hoeft in je antwoord niet letterlijk te benoemen dat bepaalde woorden de geofactoren zijn. Om het antwoord te verduidelijken is dat hierboven wel gedaan (tussen haakjes), maar dit is niet noodzakelijk voor een volledig goed antwoord.  Java ligt in de tropische zone. De natuurlijke factor die de vruchtbaarheid in die landschapszone beperkt is dat er te veel neerslag / te veel uitspoeling is. door de aanwezigheid van veel vulkanisch gesteente / materiaal / as wordt de landbouwgrond vruchtbaar. De Nijloevers liggen in de aride zone. De natuurlijke factor die de vruchtbaarheid in die landschapszone beperkt is dat het te droog is,  door overstroming van de Nijl wordt vruchtbaar slib neergelegd wat elk jaar een vruchtbare oogst mogelijk maakt.Toelichting:De juiste landschapszones leid je af uit de bovengenoemde atlaskaarten. Vervolgens bedenk je welke beperkende factor kenmerkend is voor beide landschapszones.Vervolgens bedenk je (inzicht) waarom beide gebieden toch een bepaalde vruchtbaarheid leveren. Eventueel kun je de landen verder onderzoeken door middel van de atlas. De periode september-oktober is helemaal aan het eind van de droge zomer. De bossen zijn dan dus helemaal uitgedroogd en vatten makkelijk vlam.Toelichting:Voordat je de vraag beantwoord, kijk je eerst naar de gegeven atlaskaart. Deze gaat over het klimaat en nog specifieker over neerslag. In Portugal valt op dat de zomermaanden extreem droog zijn ten opzichte van de overige maanden. September is de eerste maand waarin weer iets meer neerslag valt. Dit zet je op het spoor dat bossen het meest kwetsbaar zijn voor branden nadat de droge periode is afgelopen.  Op kaart 153D (55e editie) of 135D (56e editie) wordt het irrigatienetwerk van Israël/Palestina weergegeven. Hieruit blijkt dat vooral in het noorden en het westen irrigatie voorkomt. Het zuiden (Negev) is te droog; het oosten is bezet Palestijns gebied / gevoelig voor conflicten / gevoelig voor sabotage.Toelichting:Het is belangrijk om puntsgewijs te werken bij deze vraag omdat de gehele opgave uit vier subvragen bestaat. Ga eerst op zoek naar de benodigde atlaskaart. Dit is kaart 153D (55e editie) of 135D (56e editie). Vervolgens kijk je op de atlaskaart waar duidelijk irrigatiebuizen zijn aangelegd. Dit zijn het noorden en westen. Dan blijven het zuiden en oosten over waar geen irrigatie wordt toegepast. Vervolgens probeer je, eventueel met behulp van de andere atlaskaarten, te beredeneren waarom hier geen (irrigatie)landbouw plaatsvindt. Bedenk goed dat het om twee verschillende gebieden gaat en dus ook om twee afzonderlijke redenen waarom er geen landbouw kan plaatsvinden. Het zuiden heeft een veel lagere breedtegraad dan het noorden. Hier is het droog. Zelfs irrigatie kan hier niet helpen om landbouw mogelijk te maken. In het oosten liggen de (bezette) Palestijnse gebieden. Hier is er continu sprake van (oorlogs)dreiging. Een eventueel irrigatiesysteem is gevoelig voor sabotage en daarom wordt er niet geïnvesteerd in een dergelijk netwerk.  Aan de westkust bevindt zich een koude zeestroom en daar is het zeewater dus niet warm genoeg (om orkanen te laten ontstaan). Toelichting:Neem eerst de atlaskaart voor je en bekijk welke informatie je uit deze atlaskaart nodig hebt om een vraag over orkanen te kunnen beantwoorden. Uit de theorie heb je geleerd dat orkanen warm zeewater als voedingsbodem nodig hebben om te kunnen ontstaan. Op de atlaskaart zie je dat er door middel van blauwe en rode lijnen onderscheid wordt gemaakt tussen warm zeewater (rood) en koud zeewater (blauw). Je ziet een opvallend verschil tussen de (zuid)oostkust van de VS en de westkust. Dit verschil zou je op het spoor van het juiste antwoord moeten zetten. Klimaatverandering zorgt voor opwarming van het zeewater, daardoor kan een orkaan ook op een hogere breedtegraad (waar het zeewater normaliter een stuk kouder is) actief zijn. Toelichting:Bekijk eerst de ligging van New York in de Verenigde Staten. Het valt je waarschijnlijk direct op dat New York gelegen is aan een stuk kouder zeewater dan de rest van de (zuid)oostkust van de Verenigde Staten. Bovendien is New York een stuk noordelijker (verder van de evenaar) gelegen. Op het eerste gezicht is het vreemd dat er dan orkanen voorkomen, maar uit de vraag blijkt dat er toch een orkaan is voorgekomen. Dit wordt gelinkt aan klimaatverandering. Een van de gevolgen van klimaatverandering die je hebt geleerd is dat de zeewatertemperatuur in de oceanen op aarde toeneemt. Je weet dat orkanen alleen boven warm zeewater kunnen ontstaan en dus ligt hier een direct verband tussen warmer wordende oceanen en het voorkomen van orkanen verder noordwaarts.  (Het risico op een) overstroming; Memphis ligt aan de Mississippi, zoals te zien is op atlaskaarten 204/205 (55e editie) of 186-187 (56e editie).Toelichting:In deze vraag wordt al je kennis die je hebt opgedaan in hoofdstuk 4 op de proef gesteld. Ten eerste §1 waarin je hebt geleerd over het aardbevingsrisico in de Verenigde Staten. Dat Memphis risico’s kent op aardbevingsgebied is in deze vraag al gegeven. Aan jou wordt gevraagd op zoek te gaan naar meerdere natuurgevaren in de regio rondom Memphis. In paragraaf 2 heb je geleerd over orkanen. Memphis ligt niet direct aan de zee en dus valt dit gevaar af. Weliswaar zal er af en toe een restant van een orkaan over Memphis heen trekken, maar deze is op het land al dusdanig afgezwakt dat dit geen echt gevaar meer vormt voor de stad.Wanneer je verder kijkt naar de ligging van Memphis zie je dat de stad grenst aan de Mississippi-rivier. In paragraaf 3 heb je geleerd over het overstromingsgevaar wat deze rivier met zich mee kan brengen. Zeker als het gaat over toekomstige klimaatverandering. De rivier is dus het andere gevaar wat de stad in de (nabije) toekomst zou kunnen treffen.  Uit de uitleg moet blijken dat:Onder Memphis, begraven door sediment, een slenk ligt Met (blijkbaar actieve) afschuivingsbreuken (die voor aardbevingen kunnen zorgen wanneer deze in beweging komen).Toelichting:De theorie over horsten en slenken komt weliswaar niet in dit hoofdstuk 4 terug, maar behoort wel tot de eindexamenstof. Bij deze opgave moet je dus eerder geleerde theorie toepassen op dit gebied in de Verenigde Staten welke in dit hoofdstuk wel is behandeld. Wanneer je de theorie over horsten en slenken niet meer weet kun je nog eens de eerste twee hoofdstukken in dit boek erop naslaan hoe dit ook alweer zat. Van slenken weet je dat het kleine scheurtjes zijn in de plaat die voor beweging kunnen zorgen. Langs deze scheuren vindt beweging plaats. Deze bewegingen worden gevoeld als (kleine) aardbevingen, zoals in Memphis ook het geval is.  De juiste redenen zijn:Economische dimensie: De staat Californië is op nationale schaal veel belangrijker (door aanwezigheid van bijvoorbeeld Silicon Valley / Los Angeles, etc.) voor de economie dan Tennessee (zonder belangrijke steden of economische centra). Fysisch-geografische dimensie: De kans op een zware aardbeving is in de staat Californië veel groter dan in Tennessee.Toelichting:Wanneer je de ligging van beide staten in de Verenigde Staten niet meer weet kun je beide staten natuurlijk altijd, door middel van het namenregister, opzoeken in de atlas. In Californië (waar §4.1 grotendeels over gaat) vind je grote steden zoals Los Angeles. Ook is hier Silicon Valley gevestigd, hier hebben grote bedrijven zoals Apple hun hoofdkantoor. Vanuit de economische dimensie kun je dan bedenken dat deze staat dan meer aandacht krijgt voor rampenbestrijding dan een staat met minder aansprekende steden of economische kerngebieden. Bovendien loopt Tennessee maar weinig gevaar op een natuurramp in tegenstelling tot de staat Californië, waar de San-Andreasbreuk een gevaarlijke transforme breuklijn vormt waarlangs zware aardbevingen kunnen optreden.  De neerslag valt maar in een deel van het jaar (winter).De neerslag is onbetrouwbaar door de jaren heen (het ene jaar valt er heel veel, het andere jaar juist heel weinig).Toelichting:In paragraaf 1 en 2 heb je geleerd over diverse klimaatfactoren en de neerslagkenmerken die bij de verschillende klimaatgebieden op aarde horen. Andalusië ligt in Spanje en heeft een Middellands Zeeklimaat. In deze vraag wordt eigenlijk alleen gevraagd naar de neerslagkenmerken van dit klimaat. Het is dus van belang om eerst het klimaat van Andalusië te onderzoeken. Dit doe je door goed te kijken naar de ligging van Andalusië. Je kunt zelfs nog kijken naar de wereldkaart over klimaatgebieden (244 in de 55e editie of 230 in de 56e editie). Vervolgens moet je alleen nog de juiste neerslagkenmerken geven die bij dit klimaat passen.   De kassen vormen een groot wit vlak dat veel zonlicht terugkaatst (het albedo-effect).Hierdoor warmt het aardoppervlak minder op en koelt het er (iets) af. Toelichting:In paragraaf 1 heb je geleerd over het broeikaseffect en het albedo-effect. Op de kaart zie je duidelijk dat de kassen van bovenaf (waar de zon dus vandaan komt) een wit oppervlak vormen. Van witte oppervlakken heb je geleerd dat ze zonnestralen vooral reflecteren (terwijl donkere oppervlakken vooral absorberen). Het reflecteren van zonlicht heeft dus met name een verkoelend effect en dus ook op de regio rondom Almeria.  Sao Paulo ligt zuidelijker (verder van de evenaar) en hoger dan Rio de Janeiro zodat hier de gemiddelde temperatuur te laag is voor een tropisch klimaat.Toelichting:Bekijk eerst de ligging van beide steden op de atlaskaart. Het is bij vragen over het klimaat altijd verstandig om de breedtegraad op te schrijven en te vergelijken. Dat is in dit geval al de helft van een goed antwoord. Sao Paulo ligt verder van de evenaar (heeft een hogere breedtegraad) waardoor de temperatuur automatisch lager zal zijn dan het noordelijker (dichter bij de evenaar) gelegen Rio de Janeiro. Een andere klimaatfactor om op te letten is hoogteligging. Namelijk, hoe hoger, hoe kouder. Aan het reliëf (te zien op de atlaskaart), zie je dat Sao Paulo hoger boven zeeniveau ligt dan Sao Paulo. De extra hoogte zorgt voor een kouder klimaat dan in Rio de Janeiro.  Loodrechte zonnestralen schijnen op een kleiner oppervlak dan zonnestraling die schuin invallen. Doordat de loodrechte zonnestralen maar een kleiner oppervlak beschijnen geven zij relatief meer warmte af dan zonnestralen die schuin invallen en een groot oppervlak moeten beschijnen met dezelfde hoeveelheid zonne-energie. Toelichting:Bedenk goed het verschil in invalshoek tussen beide zonnestralen. Zonnestraal A beschijnt een veel kleiner oppervlak dan zonnestraal B. Ze leveren allebei dezelfde hoeveelheid energie, maar zonnestraal A hoeft dit over een veel kleiner oppervlak te verdelen dan zonnestraal B. Dat heeft zijn uitwerking op de temperatuur op de plekken A en B. 

Deze toets bestellen?

Voordeligst
Lidmaatschap ToetsMij
€ 12,99/mnd
  • Snel nog even wat toetsen oefenen? Kies dan onze meest flexibele optie.
  • Je kunt maandelijks opzeggen.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
3 maanden ToetsMij
€ 12,99
€ 10,99/mnd
  • Voordelig en flexibel. Ideaal als je maar een paar maanden toetsen hoeft te gebruiken.
  • Betaal per kwartaal en bespaar hiermee 2 euro per maand.
  • Toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard
1 jaar ToetsMij
€ 12,99
€ 7,50/mnd
  • Favoriete keuze van meer dan 70% van de gebruikers.
  • Betaal slechts 90 euro per jaar en bespaar hiermee 65 euro.
  • Geniet van een volledig jaar toegang tot alle vakken bij ToetsMij.
Kies dit abonnement

Wat krijg je bij een abonnement?

  • Toegang tot alle vakken
  • 20 kwalitatieve oefentoetsen per maand
  • Antwoorden, uitwerkingen en toelichtingen
  • Geen stress voor het maken van toetsen
Eenvoudig en veilig betalen met iDEAL of creditcard

Dit zeggen leerlingen en ouders

10

Cijfers omhoog

Onze zoon had in februari zeker 12 minpunten. Hij is gestart met oefenen via Toets mij en heeft een geweldige eindsprint getrokken en afgelopen week bijna het onmogelijke waargemaakt. Er zijn nog maar 2 minpunten over en nog niet alle toetsen zijn terug. Het heeft onze zoon enorm geholpen, omdat er breed getoetst wordt en de vraagstelling, zoals van hem begrepen, overeenkomt met de toets. Als je de oefentoetsen goed kunt maken, beheers je de stof echt goed!

AP
9.0

Fijn dat leerlingen alvast een keer een toets kunnen oefenen die eruit ziet zoals op school.

Wij hebben sinds kort Toetsmij, omdat onze dochter het erg lastig heeft met Wiskunde. Op deze manier kan ze het hoofdstuk oefenen met een toets die qua vraagstelling overeenkomt met de toetsen op school. Nu kan ze dit dus eerst oefenen voordat ze de echte toets moet doen. Als docent Engels die werkt met Of Course en All Right kan ik bevestigen dat de toetsen grotendeels overeenkomen met de vraagwijze van de methode zelf. Dat is dus heel fijn voor leerlingen om te oefenen. We hadden heel even een dingetje met het nakijken, want de uitwerkingen werden niet goed weergegeven. Even een mailtje en binnen een dag reactie en ICT ging meteen aan de slag met het herstellen van de uitwerkingen. Super contact, goede dienstverlening! Aanrader!

Lelani van den Berg
10

Zéér tevreden!!

Lid geworden voor mijn zoon in leerjaar 1 van (toen 13) inmiddels 15. Hij zit nu in leerjaar 3 HAVO. Elk boek is makkelijk te vinden en alsmede mailt met een probleem omdat hij Duits krijgt uit een boek van leerjaar 2 word dit zelfs op zondag binnen een half uur opgelost en toegevoegd aan ons account! Zo’n toffe service zie je niet vaak meer! Dus wij zijn zéér tevreden. Sinds we het nu weer gebruiken (tijdje niet gebruikt) scoort hij weer voldoendes en zelf voor wiskunde een 8.8!

Linda Ockers

Zoek in meer dan 10.000 toetsen

Echte toetsvragen, precies aansluitend op jouw lesmethode en leerjaar. Voor klas 1 t/m 6 van vmbo-t t/m gymnasium.

Ik zit in het
en doe
ik wil beter worden in