Neue Kontakte 7.1 FLEX ed deel A+ B - Kapitel 9 - Einkaufen oefentoetsen & antwoorden

de winkelsturentochhet nadeellaagkijkende klanthet zakgeldtoenrolstoeltoegankelijk der Eurodie Bäckereidie Sahnedas Gelddie Kartoffelnder Schinkensonstdie Dosedie Eisdieleder Reisdie Brotebrauchenteuerder KäsebezahlenbilligTips:Denk eraan dat je de zelfstandige naamwoorden met een hoofdletter schrijft. Probeer voor de der/die/das te herinneren in welke kleur het in je boek geschreven stond. Maak de umlaut op een letter, die 2 kleine puntjes maken een woord juist goed of fout. Vergeet het meervoud en het voltooide deelwoord niet mee te leren! mit, nach, bei, seit, von, zu, aus ichduersieeswirihrsieSie mirdirihmihresunseuchihnenIhnen Kann ich Ihnen helfen?Ich möchte noch ein Wasser.Dieses Brot kostet 2€.Wie viel kostet das Handy?Die Konsole ist kaum gebraucht.  ich – mirdu – direr – ihm sie – ihres – eswir – unsihr – euchsie – ihnenSie – Ihnen er staat mit, dus 3de naamval, DICH.er staat zu, dus 3de naamval, WEM.er staat geen voorzetsel, ER.er staat geen voorzetsel, SIE.er staat von, dus 3de naamval, MIR.er staat geen voorzetsel, IHR.er staat geen voorzetsel, SIE.er staat bei, dus 3de naamval, IHNEN (met hoofdletter)er staat geen voorzetsel, ES.er staat mit, dus 3de naamval, UNS.Toelichting: Zorg dat je deze beide rijtjes goed kent, (en de 4de naamval er ook nog naast weet). Leer ze in een tabelletje. Let goed op de voorzetsels! Guten Tag/Hallo. Kann ich Ihnen helfen? /Wie kann ich Ihnen helfen? /Was kann ich für Sie tun?/Wie kann ich Ihnen behilflich sein?Ich möchte drei Brote. /Drei Brote bitte. / Ich hätte gern 3 Brote.Sonst noch etwas?Und noch ein Kilo Käse./Ich möchte auch noch ein Kilo Käse./ Ja, noch ein Kilo Käse bitte.Das macht zusammen €12,50./Zusammen ist es dann €12,50.Kann ich bar zahlen?Danke, auf Wiedersehen/ Danke, Tschüss.Toelichting: Maak het jezelf niet te moeilijk bij zulke opdrachten. Maak eenvoudige zinnen met woorden die je kent, als je iets niet weet, probeer het dan anders te zeggen.Vergeet de hoofdletters niet bij zelfstandige naamwoorden. Als je iets moet kiezen, kies dan iets dat je zeker weet en goed kan schrijven.