Zugspitze 2 LRN-line - Hoofdstuk Schritt 11-16 - Hintergraseck oefentoetsen & antwoorden

opwindendtothardnoemende grapIk nodig je uit/ik trakteerde vorkhet dessert, het toetjehet bordin de lente begründenerklärendie Geigeleiseüberallfrühstückender Käseder Salatder MärzvielleichtTip: Denk eraan dat je de zelfstandige naamwoorden met een hoofdletter schrijft. Maak de umlaut op een letter duidelijk, die 2 kleine puntjes maken een woord juist goed of fout. Vergeet het meervoud niet mee te leren! ge- voor de stam, en dan een t erachter, nooit een d.dan komt er geen ge- voor.dan komt er geen ge- voor. Wann spielst du Trompete?Er hat eine klare Stimme.Im Moment spiele ich Saxofon.Warum übst du jeden Tag?Ich werde/zeige euch Foto (zeigen).Mein Meerschweinchen heißt Puck.Danke für eure Aufmerksamkeit.Zuerst erzähle ich etwas über meinen Hamster.Tip: Denk eraan dat je de zelfstandige naamwoorden met een hoofdletter schrijft. Maak de umlaut op een letter duidelijk, die 2 kleine puntjes maken een woord juist goed of fout. faul (als iemand weinig doet en doen wil, is hij ...)die Flöte (het is een instrument, lang, met veel gaten en je houdt het in je mond)das Schlagzeug (Het is een instrument, het is erg luid en je hebt 2 stokjes nodig)das Glas (hier kan je uit drinken)die Speisekarte (hierop zie je wat je in het restaurant kan bestellen)Herbst (in de ... vallen de blaadjes van de boom)Tip: Denk eraan dat je de zelfstandige naamwoorden met een hoofdletter schrijft. Maak de umlaut op een letter duidelijk, die 2 kleine puntjes maken een woord juist goed of fout. ich bestelle, ich is stam + edu hast, dit rijtje heb je extra geleerder wird, dit rijtje heb je extra geleerdes schneit, es is stam + twir sind, dit rijtje heb je extra geleerdich wandere, ich is stam + e (stam is in dit geval alleen -n)ihr trinkt, ihr is stam + tSie essen, Sie ist stam + endu guckst, du is stam + ster hustet, er is (in dit geval) stam + et, want de stam eindigt op een t, dus krijg je eerst een extra eihr handelt, ihr ist stam + t (stam is in dit geval alleen -n)er schreibt, er is stam + t Max ist erste.Peter ist vierte.Jens ist sechste.Simon ist neunte. gemachtgekochtgeknetetgebasteltreserviertgetanztbestelltgeredet kommt (denk aan de dubbele m!)heißesuchtmachtkommstwanderstgehenreparierstfragen (die Schüler is meervoud!)lernenhandeltfindest (denk aan de extra e!)Tip: Hier geldt ook weer: zorg dat je het ezelsbruggetje van esttenten foutloos kunt toepassen, je hebt het in bijna iedere zin die je maakt nodig.  Es ist mein Traum berühmt zu werden.Ich übe am Mittwoch.Ich spiele einmal pro Woche Klavier.Ich werde euch was erzählen über mein Kaninchen.Auf diesem Foto seht ihr meine Katze.Unser Hund ist sehr süß/lieb.