Biologie voor Jou 7e ed deel A - Thema 3 - Mens en milieu oefentoetsen & antwoorden

a) De oorzaken van milieuproblemen zijn overbevolking en de veranderde manier van leven. b) Deze ophoping van schadelijke stoffen noem je accumulatie. c) In kunstmest zit vooral nitraat en fosfaat. d) Een monocultuur is het verbouwen van 1 gewas op een grote akker. e) In de veehouderij komt veel methaan vrij. f) Bij kernenergie komt energie vrij bij het splitsen van atomen. g) Drie fossiele brandstoffen zijn aardolie, aardgas en steenkool. h) Zonder broeikaseffect zou het op aarde gemiddeld 30 graden kouder zijn. i) Bij het zelfreinigend vermogen zijn reducenten (bacteriën en schimmels) betrokken. j) Afval gebruiken voor nieuwe producten noem je recycling.   a) Met biodiversiteit wordt het totale aantal organismen bedoeld. b) De biodiversiteit neem af bij monocultures. Als er maar 1 plantensoort groeit, zijn er ook minder diersoorten die van deze plantensoort leven. Het hele voedselweb wordt veel minder complex.   Door het ploegen kunnen de wortels van het gewas beter in de bodem doordringen. Door het ploegen hebben reducenten meer zuurstof en kunnen ze de organische stoffen beter afbreken. Hierdoor komen weer voedingsstoffen voor de planten beschikbaar.   Kippen hebben blijkbaar vaak last van bloedluizen. Door het uitzetten van roofmijten worden de bloedluizen bestreden. Op deze manier heeft de boer geen bestrijdingsmiddelen meer nodig.   a) Argumenten tegen kernenergie: Er ontstaat radioactief afval. Bij een ramp zijn de gevolgen groot. Er is uranium voor nodig, dat kan opraken. b) Argumenten voor kernenergie: Er komt geen CO2 vrij. Er is geen luchtverontreiniging. Er kan veel elektriciteit mee worden opgewekt.   Fossiele brandstoffen bestaan uit dode plantenresten. Deze planten hebben energie uit zonlicht vastgelegd met behulp van fotosynthese.   Na verloop van tijd gaan de algen dood. Reducenten gaan ze opruimen en vermeerderen zich heel snel. Reducenten gebruiken hierbij veel zuurstof.   Op dit stuk grond stond bijvoorbeeld een vuilnisbelt of een bedrijf dat schadelijke stoffen dumpte.   a) De ziekte blijft in de bodem aanwezig en kan het jaar daarna weer volop om zich heen grijpen als hetzelfde gewas geteeld wordt. b) Vruchtwisseling kan dit probleem oplossen, als elk jaar een ander gewas wordt geteeld maken ziektes minder kans.   De stier levert zaadcellen (door een nepkoe te dekken). Het sperma wordt verkocht aan boeren. De boeren brengen het kunstmatig in de koe. De koe krijgt sterk nageslacht van deze stier.   Biologische landbouw maakt geen gebruik van bestrijdingsmiddelen. Om plagen (zoals rupsen die de bladeren opeten) tegen te gaan worden vaak natuurlijke vijanden ingezet, zoals dit insect. Dit kan dus heel goed een onderdeel zijn van biologische landbouw.   Voor deze energiebron is heel veel grond nodig, dit kan dan niet meer gebruikt worden als landbouwgrond voor voedsel.   Het versterkte broeikaseffect zorgt voor opwarming van de aarde. In koude gebieden zoals Siberië wordt het dan ook warmer. Er zijn dan grotere gebieden geschikt voor landbouw.   a) In deze bassins zitten bacteriën(reducenten). b) Deze bacteriën breken organisch afval af. c) Dit heet biologische waterzuivering.   a) In de chemobox hoort klein chemisch afval thuis. b) Als hij vol is, moet je hem inleveren in de milieustraat of bij bepaalde bedrijven. c) Het is erg belangrijk om chemisch afval apart te verzamelen en in te leveren omdat anders schadelijke en giftige stoffen bij het gewone afval terecht komen en niet goed verwerkt worden.   BRONNEN Afb. 1 https://www.dekammieshop.nl/dutchy-s-2-500-roofmijt-tegen-bloedluis-ect/ Afb. 2 https://nl.m.wikipedia.org/wiki/Bestand:Kernkraftwerk_Grafenrheinfeld_-_2013.jpg Afb. 3 https://en.wikipedia.org/wiki/Algal_bloom Afb. 4 https://nl.wikipedia.org/wiki/Bestand:Skalsumer_Sunny_Boy_3.jpg Afb. 5 https://en.wikipedia.org/wiki/Biological_pest_control Afb. 6 https://pixabay.com/nl/photos/koolzaad-bloemen-geel-nederlands-5105771/ Afb. 7 https://www.flickr.com/photos/48722974@N07/4515205247